Gisteren waren Carine, Joost en ik op Château Neercanne om tijdens een lunch met de mensen van het MECC de eerste Folie Culinaire te evalueren. Daarover zal ik u later berichten, in elk geval werd formeel besloten om er volgend jaar volop mee door te gaan.
Waar ik het nu graag over wil hebben, is het kippevelmomentje dat we meemaakten. Ten eerste werden we al fantastisch ontvangen door chef Hans Snijders met een glas champagne in de grotten. Toen we aan tafel aan het hoofdgerecht toe waren, kwam de chef ons het gerecht presenteren waarmee hij in het boek Kalf staat en dat als sinds vele, vele jaren een signatuurgerecht is: langgegaarde kalfswang met spitskool en aardappelpuree. Dat was op zich al bijzonder, het kippevel ontstond bij ons bij de manier waarop. Wetende wat voor lekkerbekken wij zijn, zette hij een grote gietijzeren pan op tafel, waaruit we onszelf konden bedienen. Naast de pan stond een enorme saucière boordevol lekkere jus en een pot puree die van Robuchon afkomstig had kunnen zijn. Beste mensen, dàt is pas echte gastronomie.
In welk restaurant krijg ik tegenwoordig nog kiekenboebels? In Nederland vrijwel nergens. Ik moet me vermaken met een grote berg liflafjes die door hun veelheid allemaal hetzelfde smaken. Ami Saisonnier Hans Snijders weet wat de mensen willen, niet voor niets heeft hij al meer dan 25 jaar onafgebroken een Michelinster. Ik wil gewoon lekker eten, uit hun dak gaan, genieten, geuren en smaken in zich opnemen, lekker ontspannen bezig zijn. And I'am not the only one. Kippevel (kiekenboebels op z'n Vlaams), vroeger waren die normaal. Het wordt de hoogste tijd dat we die als restaurantgast weer mogen krijgen. Leve Hans Snijders, de beste chef van Nederland.
Vaker over schrijven! Komen we misschien van liflafsyndroomaf!
BeantwoordenVerwijderen