woensdag 18 mei 2011

Parkeren


In de gastronomie valt het allemaal nog mee, hoewel de chef zijn Porsche graag pal voor de deur zet om met zijn banklening te pronken. Maar kijk eens naar hotels. Daar is de eerste parkeerplaats bij de deur gereserveerd voor de directie, de tweede voor invaliden en de rest voor het gewone volk. Nu is een hoteldirecteur een uiterst belangrijk man, ik besef het terdege. Zijn onvoorstelbaar drukke werkzaamheden laten niet toe dat hij tien meter te ver loopt, dat kun je beter aan invaliden overlaten, die hebben tijd zat. Merkwaardig.
Nu ik het toch over de parking heb, komt wel degelijk de gastronomie aan bod. Het is namelijk zo dat er in de keuken leerlingen zijn. Tegenwoordige leerlingen hebben allemaal een auto of althans wat daar voor door gaat. Het is een golfje, peugeotje of corsaatje van zeventien jaar oud, vol roest en deuken. Als je die autootjes binnengluurt, lijken ze allemaal op een vuilcontainer, glasbak of inzamelpunt voor oude kleren. Welnu, dit soort autootjes zie ik vaak op markante plaatsen op restaurantparkings staan. Je kunt er als gast niet omheen, je moét ze passeren. Dat vind ik geen gastronomie, want gastronomie is totaalbeleving. Laat die gastjes hun autootjes ergens anders parkeren, achter de bomen of onder een camouflagenet!
Ooit hadden wij een stagiair die met zo'n gevuld vuilbakje kwam aanrijden, het zette het ding pontifikaal naast de ingang neer. Uiteraard heb ik hem met een jachtgeweer in de aanslag weggejaagd naar een verder gelegen lokatie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten