Vanmiddag was Hans Corsten bij ons, één van de oprichters van Livar. Tien jaar geleden kwam ik hem tegen, hij had toen een plan. Hij en enkele collega's (allen in Limburg gevestigd) waren varkensboeren. Ze wilden niet meer de kwaliteit maken die de industrie vroeg. Samen ontwierpen ze een nieuw systeem, waarbij de varkens weer een plezierig leven konden hebben. Werkelijk àlles namen ze in eigen hand, inclusief de voeders. Op een Limburgs klooster vonden ze broeders die de varkens wilden hoeden en de benodigde granen wilden telen. Dit lijkt allemaal lang geleden, mede door het grote succes dat Livar sidsdien had. De boeren kwamen met varkensvlees op de gastronomische markt en chefs ontdekten wat ze ermee konden doen.
Ongeveer een jaar geleden, tijdens een van de vele ontmoetingen met Hans, liet hij me trots een nieuw product zien, een droge Livar worst. Die trots ging al snel voorbij toen ik mijn kritiek op hem afvuurde. Op het etiket stonden diverse e-nummers, waaronder die van de smaakversterker. Ik vond dat het mooiste varkensvlees zoiets niet verdient. Prachtig vlees moet volgens mij volkomen natuurlijk zijn. Een tijdje hoorde ik niets meer van Hans, tot hij vandaag zijn nieuwe droge worst kwam laten proeven. Weg alle e-nummers. Hans bekende dat het de charcutier veel moeite had gekost om tot hetzelfde resultaat te komen. Maar het resultaat is er! Dat mag voor elke vleeswarenfabrikant een les zijn: gooi de rotzooi overboord en kom met prachtige, eerlijke bereidingen. Goed vlees verdient dat.
Stiekem ben ik er wel een beetje trots op om een vriend van Hans en zijn collega's te zijn. Op de voormalige varkensboeren die zich aan het systeem onttrokken, die daarmee prachtig vlees wisten te creëren en die de hele productieketen van a tot z weten te beheersen. Zelfs wisten weten ze die lijn nu door te trekken naar hun vleeswaren. Super!
Ongeveer een jaar geleden, tijdens een van de vele ontmoetingen met Hans, liet hij me trots een nieuw product zien, een droge Livar worst. Die trots ging al snel voorbij toen ik mijn kritiek op hem afvuurde. Op het etiket stonden diverse e-nummers, waaronder die van de smaakversterker. Ik vond dat het mooiste varkensvlees zoiets niet verdient. Prachtig vlees moet volgens mij volkomen natuurlijk zijn. Een tijdje hoorde ik niets meer van Hans, tot hij vandaag zijn nieuwe droge worst kwam laten proeven. Weg alle e-nummers. Hans bekende dat het de charcutier veel moeite had gekost om tot hetzelfde resultaat te komen. Maar het resultaat is er! Dat mag voor elke vleeswarenfabrikant een les zijn: gooi de rotzooi overboord en kom met prachtige, eerlijke bereidingen. Goed vlees verdient dat.
Stiekem ben ik er wel een beetje trots op om een vriend van Hans en zijn collega's te zijn. Op de voormalige varkensboeren die zich aan het systeem onttrokken, die daarmee prachtig vlees wisten te creëren en die de hele productieketen van a tot z weten te beheersen. Zelfs wisten weten ze die lijn nu door te trekken naar hun vleeswaren. Super!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten