zondag 4 oktober 2009

DROMEN


Was het maar vast advent. Dat zei Sonnevelt ooit tijdens een conference. Hem ging het als opperstalmeester om de chocalade die door Hare Majesteit voor het huispersoneel werd geschonken, mij gaat het vooral om andere winterse geneugten zoals de Tuber Melanosporum. De zwarte truffel, ik geef het grif toe, is zelfs vaker in mijn gedachten dan een volronde damesboezem. En dat wil wat zeggen! Die boezem? Ach, op straat rijden er genoeg rond, zelfs op oude fietsen. Wil je een boezem dan krijg je een boezem, alle maten zijn het hele jaar door voorhanden. Maar de zwarte dame... die gedraagt zich dermate arrogant dat ze zich slechts in een korte periode laat zien. Er ontstaat hunkering en dus gaan de hormonen spelen. Hetzelfde heb ik met de blonde dame, de asperge. Want zodra het advent is en ik van de truffel snoep, hoor je me verzuchten: was het maar alvast lente. De zwarte en de blonde, ze zijn allebei mijn maitresses. Omdat ze zo vaak onbereikbaar zijn. Als ik er eenmaal van heb geproefd en is mijn allereerste behoefte bevredigd, dan zijn ze plotseling niet zo bijzonder meer. Ze horen dan bij het leven en na een tijdje ontstaat de sleur. Aan de andere kant van het hek is het gras altijd groener. Lig je met de zwarte in bed, dan denk je aan de blonde. En andersom. Ik eg het ze nooit, in mijn dromen liggen we met drieën in bed. Dat zijn momenten waarop ik de wekker kan vervloeken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten