vrijdag 13 november 2009

Les Amis Saisonnier

Regelmatig wordt me de vraag gesteld: Hoe word ik Ami Saisonnier. En ook vraagt een chef zich wel eens af: Waarom word ik nooit uitgenodigd om mee te doen. Hier komen mijn antwoorden.
Om met de laatste vraag te beginnen: wij nodigen nooit iemand tot deelname uit. Wil iemand lid worden, dan zal hij/zij zelf de eerste stap moeten zetten. De enigen die we (lang geleden) zelf uitnodigden, zijn de leden van de adviesraad.
En dan de toetreding. Die is niet simpel, de ballotage gebeurt in diverse stappen. Wanneer een chef contact met ons neemt, krijgt hij het infopakket en nodigen we hem uit om twee Amis Saisonnier te zoeken die zijn kandidatuur willen steunen. Wanneer die steun eenmaal verworven is, brengt onze redactie een bezoek. We willen nauwkeurig weten waarom iemand wil toetreden (de reden mag niet commercieel zijn), wat zijn filosofie is, of hij de seizoenen respecteert, een volkomen eerlijke keuken voert, enzovoort. Verder proberen we aan te voelen of de kandidaat een goede toekomstige vriend gaat zijn. Maar ook kijken we naar de stabiliteit, we willen geen duiventil waar iedereen in en uit vliegt. In het geval de kandidaat zowel chef als patron is, geeft dat in de regel geen probleem. Wel zijn we voorzichtig met chefs die in dienst zijn, want die willen nog wel eens snel van werkplek veranderen.
Van het bezoek wordt een verslag gemaakt met een redactieadvies. Dat verslag gaat naar de adviesraad die nog bijkomende vragen kan stellen of kan besluiten tot een nader bezoek, aangekondigd of anoniem. Wanneer de adviesraad accoord is, volgt de laatste en belangrijkste stap. Aan alle Amis binnen het betreffende land wordt de kandidatuur voorgelegd, allemaal hebben ze het recht van veto. Het zal immers een nieuwe vriendschap worden en vrienden dring je niet op. Pas als niemand van zijn veto-recht gebruik heeft gemaakt, staat het licht op groen.
Deze procedure wijkt af van andere clubs en is omvangrijk. We zijn er echter zeer gelukkig mee. Want kijk nu eens naar de praktijk. Veruit de meeste van de ongeveer honderd leden (Nederland, België, Frankrijk, Luxemburg, Zwitserland) hebben één, twee of drie sterren. En toch was het een zeldzaamheid dat een Ami bij toetreding al sterren had. Of hij/zij had er op dat moment één, zoals bijvoorbeeld Peter Goossens of Anne-Sophie Pic. Met andere woorden zijn veruit de meeste sterren gevallen tijdens het lidmaatschap en dat wil zeggen dat "het systeem" de juiste keuzes maakte. Sterren, dat is voor ons trouwens geen criterium, het gaat ons om talenten die een vriend kunnen zijn. Quoteringen spelen binnen de club ook geen enkele rol, er heersen geen rangen of standen. Dat zou ook niet bij een vriendschap passen.
Wat is de sterke van de club? Ik denk dat ik het in één woord kan samenvatten: kruisbestuiving. Dankzij de mix van uiteenlopende landen, kookculturen, kookstijlen en leeftijden kan iedereen van elkaar leren en inspiratie opdoen. Dat maakt je als chef sterker.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten