dinsdag 29 december 2009

Overpeinzingen: La Guerre du Feu

Helemaal in den beginne, toen wij mensen zojuist uit de bomen waren gekropen en rechtop probeerden te lopen, zal het ooit gebeurd zijn: de eerste warme maaltijd. Ik stel me zo voor dat de bliksem insloeg in de buurt van een onfortuinlijk konijn. Door honger gedreven, ging iemand van dat beblakerde misbaksel eten en zie, het eerste culinaire orgasme was een feit. Hete bliksem smaakt nu eenmaal beter dan een rauwe konijnepoot. De mens was lange tijd nog afhankelijk van toevallig vuur, vervolgens probeerde hij dat vuur te bewaren. Wilt u zien hoe dat geweest moet zijn, dan moet u de film zien die volgens mij de allerbeste is die ooit gemaakt werd: La Guerre du Feu (ofwel Quest for fire). Toen kwam er een dag dat de mens zelf vuur leerde maken. Met wrijvende stokjes of met een vuursteen. Vanaf toen ging de wereld er ongetwijfeld anders uitzien. Het was stap één richting professionele kok. Stap twee gebeurde vele duizenden jaren later, toen het wiel werd uitgevonden. Dankzij het wiel kon de rondtrekkende mens kookmaterialen met zich meenemen. Een hele tijd gebeurde er vervolgens niet veel. De mensen trokken achter de kuddes aan waar ze jacht op maakten, de vrouwen plukten wilde besjes. Er was dus sprake van een echte seizoenskeuken, een toevallige keuken ook want je wist niet of er vanavond olifanten of sprinkhanen op het menu zouden staan.
Stap drie was net zo belangrijk als de twee voorgaande. Plotseling ontdekte de steeds intelligenter wordende mens dat hij een gevangen beest niet per sé dood moest maken, hij kon het ook een touw om de nek doen. Met een touw om de nek loopt een beest niet weg, je kunt het dus doden op het gewenste moment. Voor de mens heeft die derde stap heel veel betekend, het was in wezen het begin van de moderne samenleving. Dankzij het touw konden de mensen voortaan op één plaats blijven en een definitief onderkomen bouwen. Ze konden de geplukte wilde besjes in de grond gaan stoppen zodat de nieuwe planten er volgend jaar honderd keer meer konden geven. Kortom, de mens bouwde zich van jager/verzamelaar om tot boer. Ze gingen bij elkaar wonen en omdat ze niet meer dagelijks urenlang hoefden te reizen, kregen ze de tijd om zichzelf te ontwikkelen. Er konden specialisaties ontstaan. De één had zoveel mogelijk dieren met een touw om de nek, de ander werd dorpssmid, weer een ander werd bakker.
Maar nu het merkwaardige van deze overpeinzing. De mens heeft er honderdduizenden jaren over gedaan om zover te komen dat hij zijn dagen niet meer aan rondtrekken en reizen moest besteden. Het uiteindelijke gevolg daarvan is dat hij voortaan vier uur in de file staat. Maar het vuur en het kookgerei, dat pakken ze ons niet meer af.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten